In cijfers-old

September 2021: aantal telewerkers blijft constant – aantal telewerkdagen stijgt!

1500 werknemers vulden de enquête in: Ongeveer 41% van hen deed aan telewerken. Dit was net iets minder dan in volle COVID-crisis (september 2020), maar opvallend meer dan ervoor (2017: 17%; 2019: 22%; januari 2020: 33% en september 2020: 48%)

Daarentegen gebeurt het telewerk over meerdere dagen per week. De shift van occasioneel telewerk naar gestructureerd telewerken is in gang gezet!

Telewerk is niet alleen sterker aanwezig bij werknemers die in het Brussels Gewest werken, maar zij doen opvallend ook meer dagen aan telewerk.

Telewerk blijft belangrijk ook na de COVID-crisis

Bijna de helft van de telewerkers wil de huidige regeling ook na de COVID-crisis behouden, maar eveneens 40% wil toch minder dagen telewerken! Hierbij is er geen verschil tussen fulltime of halftime medewerkers. Meer dan de helft van de bevolking (51%) vindt zijn job compatibel met telewerk, terwijl 25% van hen permanent vanuit hun kantoor zou willen werken.

De meeste telewerkers zoeken naar een evenwicht tussen telewerk en werken in het bedrijf. Het vinden van een goed evenwicht tussen de belangen van het bedrijf enerzijds en de belangen en wensen van de werknemers anderzijds vormt een belangrijke uitdaging voor de komende periode. 

Voor de werknemers zijn de troeven van het telewerken vooral het winnen van tijd en het verminderen van stress door het woon-werkverkeer. Vandaar dat we ook merken dat mensen die langer onderweg zijn meer kiezen voor het telewerk. Ook de kans op een beter evenwicht tussen privé en werk maakt telewerk aantrekkelijk. De wens om minder te telewerken komt vooral voort uit het gemis aan sociaal contact met de collega’s.

Hoofdredenen om niet of minder te blijven telewerken

België, eerder een goede Europese student

Door Eurostat werd nagegaan hoeveel procent van de werknemers tussen 15 en 64 jaar minstens de helft van hun werktijd telewerken. Voor België is dit 17.2% in 2020. Hiermee scoren we boven het Europese gemiddelde (= 12.3%).

Sociaal contact tijdens het telewerken

Gebrek aan sociaal contact is niet alleen een reden voor telewerkers om minder te gaan telewerken, maar ook het hebben van minder feedback van en het gebrek aan informele babbels met collega’s maken het telewerken moeilijker (respectievelijk voor 33.8 en 49.5% van de telewerkers).

Nochtans geeft de meerderheid van telewerkers aan dat ze nog regelmatig contact hebben met individuele collega’s (83.9%), deelnemen aan teamvergaderingen (79.5%) en overleggen met hun leidinggevenden (71.5%). Hierdoor is er geen verschil met werknemers die niet telewerken.

Bedrijven slagen er blijkbaar in voldoende formele overlegmomenten te organiseren voor hun telewerkers. Het informele contact is moeilijker te organiseren, maar blijkt wel een belangrijk element te zijn in het welzijn van werknemers.

Alles goed georganiseerd thuis

Wat betreft het informaticamateriaal worden laptops en hoofdtelefoons (met micro) in hoge mate (resp. 92.6 en 73.3%) voorzien door de werkgever. Een extra scherm wat door de helft van de telewerkers (57.4%) gebruikt wordt, wordt slechts door 24.5% van de werkgevers betaald. Ook printers en scanners worden grotendeels aangekocht door de werknemer zelf.

Deelname in de aankoop van een apart thuisbureel en een aangepaste bureaustoel door de werkgever is zeer uitzonderlijk.

Mannen hebben vaker een aparte bureauruimte thuis, maar meestal gebeurt het telewerken in een hoekje van de leefruimte of aan de eettafel. Ongeveer 1 op 3 telewerkers hadden reeds een goede werkplek thuis, 4 op 10 hebben hun werkplek aangepast door dat ze (meer) gingen telewerken. Toch blijft iets meer dan 1 op 4 telewerkers werken aan een onaangepaste werkplek.